Radioactivity measurements. Determination of the momentary exposure rate by portable radiation measurement instruments equipped with a gas ionization detector, in particular for nuclear accident control
De voornorm is van toepassing op exposietempome-tingen met behulp van draagbare apparatuur voorzien van een gasionisatiedetector (de voornorm is dus niet van toepassing op apparatuur met scintillatiede-tectoren). De metingen worden uitgevoerd in het kader van ongevallen met radioactieve stoffen, waarbij gamma- en r?ntgenstraling in het geding is. Voorbeelden van dergelijke ongevallen zijn een brand in een radionuclidenlaboratorium of een ongeval bij vervoer van radioactief materiaal over de weg. De in deze voornorm beschreven expositiemetingen zullen na een dergelijk ongeval worden toegepast voor het opsporen van lokale verhogingen van het exposietempo ten opzichte van de natuurlijke achtergrond (hot spots) en het lokaliseren van de besmetting.
Voor het vroegtijdig signaleren van een ongeval met een kernreactor wordt in Nederland gebruik gemaakt van vast opgestelde exposiemeters (NVN 5630). De voornorm beschrijft zowel de methode voor het vaststellen van het exposietempo in het veld, als van objecten.
In bijlage A wordt nader ingegaan op de toepasbaarheid van de methode.