De norm is van toepassing bij de bepaling van de dichtheid bij 20 °C van melk en van gedeeltelijk of volledig ontroomde melk, al dan niet gehomogeniseerd.
Deze methode mag men niet toepassen, indien deze waren zichtbaar in ontleding verkeren of een titreer-bare zuurtegraad hebben hoger dan 22 °N, bepaald volgens NEN 913 ?Bepaling van de titreerbare zuurte-graad van melk".
Voor karnemelk, gezuurde ondermelk, melkyoghurt en taptemelkyoghurt is van toepassing NEN 1358 ?Bepaling van de dichtheid bij 20 °C van karnemelk en yoghurt met een lactodensimeter".