De norm is van toepassing bij het onderzoek van water met een gehalte aan anionactieve detergentia van ten minste 0,1 mg/l, uitgedrukt als laurylsulfaat. De genoemde ondergrens geldt bij gebruik van een cuvet met een lichtweg van 10 mm. Volgens de beschreven methode wordt dat deel van de aanwezige anionactieve stoffen bepaald dat niet door kationactieve stof is gebonden. Niet-ionogene detergentia worden niet bepaald.
Grotere hoeveelheden organische stoffen kunnen de bepaling storen. Storing door sulfide kan worden opgeheven door toevoeging van waterstofperoxide (zie 7.2).