De norm is van toepassing op water met een ozongehalte van ten minste 0,03 mg/l. Gehalten lager dan 0,03 mg/l kunnen niet met voldoende nauwkeurigheid worden bepaald.
Opmerkingen
1. Chloordioxide en chloor storen de bepaling.
De storing van chloor is op te heffen door het chloor met behulp van barnsteenzuur om te zetten.
2. Permanganaat stoort (molaire extinctieco?ffici?nt = 3300 I/(mol.mm)).