Deze norm legt namen en symbolen voor grootheden vast ten behoeve van het ontwerpen en berekenen van bouwconstructies. De norm geeft tevens regels voor het kiezen van letters voor de vorming van symbolen, voor die gevallen, waarin de norm niet voorziet.
De norm heeft betrekking op algemeen te gebruiken symbolen en namen voor grootheden, die noodzakelijk zijn voor dit toepassingsgebied en geeft geen symbolen en namen die alleen van toepassing zijn op een bepaald materiaal (bijvoorbeeld beton, hout, staal) of op een bepaald specialisme (bijvoorbeeld funderingen).
Deze norm dient ook te worden gebruikt in normen, voorschriften en vakliteratuur. De norm anticipeert in mindere mate op toekomstige ontwikkelingen op het gebied van veiligheidstheorie?n of nieuwe technieken, bijvoorbeeld op het gebied van het met behulp van de computer ontwerpen en berekenen van bouwconstructies.