De norm is van toepassing op alle soorten water in het ketelbedrijf met een sulfaatgehalte van ten minste 10 mg/l.
Bij aanwezigheid van meer dan 5 mg fosfaat, 5 mg nitraat, 50 mg calcium, of 50 mg ijzer in het analysemonster wordt de bepaling gestoord.
Opmerkingen
1. Voor watermonsters die meer kiezelzuur bevatten dan 5 (m/m) % van het te verwachten sulfaatgehalte is in een aparte werkwijze de verwijdering van kiezelzuur beschreven.
2. Indien meer dan 5 mg nitraat in het analysemonster aanwezig is, dient dit te worden verwijderd door indampen met zoutzuur.
3. Storing van de bepaling door de aanwezigheid van meer dan 50 mg calcium en/of meer dan 50 mg ijzer in het analysemonster, wordt opgeheven door toevoeging van EDTA. Door deze werkwijze worden echter hogere blancowaarden verkregen, waardoor de onderste analysegrens van de bepaling wordt verhoogd.